In de paragraaf financiering geven we ook inzicht in de rentelasten van de externe financiering, het renteresultaat en de rentetoerekening. Dit moeten we doen op basis van het BBV. Met onderstaand schema geven we hieraan invulling.
RENTESCHEMA: | (Bedragen x € 1.000) | ||||
-/- = nadeel/lasten + = voordeel/baten | |||||
a. | De externe rentelasten over de korte en lange financiering | -/- | 1.867 | ||
b. | De externe rentebaten (idem) | + | 44 | ||
Saldo rentelasten en rentebaten | -/- | 1.823 | |||
c1. | De rente die aan de grondexploitatie moet worden toegerekend | + | 153 | ||
c2. | De rente van projectfinanciering die aan het desbetreffende taakveld moet worden toegerekend | ||||
- | |||||
c3. | De rentebaat van doorverstrekte leningen indien daar een specifieke lening voor is aangetrokken (=projectfinanciering), die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend | ||||
- | |||||
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente | + | 153 | |||
d1. | Rente over eigen vermogen | -/- | - | ||
d2. | Rente over voorzieningen | -/- | - | ||
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente | -/- | 1.670 | |||
e. | De aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) | + | 2.015 | ||
f. | Renteresultaat op het taakveld Treasury | + | 345 |
We rekenen meer rente toe aan de verschillende taakvelden dan het totaal aan rentelasten. Bij de toerekening rekenen we met een afgerond percentage. Daardoor ontstaat dit renteresultaat. Dit heeft geen gevolgen voor het saldo van de meerjarenbegroting. De totale rentelasten zijn namelijk verwerkt in het saldo. Dit voordeel op het taakveld Treasury wordt gecompenseerd door de nadelen op de andere taakvelden in de begroting.